Heksenmelk

Een plant met de naam heksenmelk (Euphorbia esula) voorspelt niet veel goeds. Hij is inheems in Noordelijk en Zuidelijk Europa en zijn areaal verspreidt zich oostwaarts tot Siberië en het Koreaanse schiereiland. Het is een bijna struikachtige overblijvende plant, die een hoogte van een dikke meter kan bereiken. Op Vlieland is hij soms bij het Zwartelid en Kooislid aan te treffen.
Het eerste deel van zijn wetenschappelijke naam, Euphorbia, eert zoals we al bij de zeewolfsmelk (Euphorbia paralias) hebben gezien, Euphorbus. Dat was de lijfarts van koning Juba de Tweede (52 vC – 23 nC), heerser over het Berberkoninkrijk Numidia, nu een deel van het huidige Algerije. Toen Juba vernam dat Julius Ceaser zijn eigen lijfarts had beloond door een heus standbeeld voor hem op te richten, kon Juba voor zijn gevoel niet achterblijven en vernoemde een heel plantengeslacht naar zijn lijfarts. Een beetje overdreven misschien, maar je moet toch wat als koning. Het tweede deel, esula, is een oude Latijnse naam voor wolfsmelk. Duiken we verder in de herkomst van dat woord dan blijkt dat de Romeinen het woord schaamteloos hebben geleend van de Kelten: het Keltische woord esu betekende ‘scherp’. Het verwijst naar de scherpe, bittere smaak van het melksap.

Aan dat witte melksap ofwel de latex dankt de heksenmelk zijn naam en het wordt algemeen gezien als de meest vervelende inhoudsstof. De heksenmelk zelf heeft er geen vervelende bedoelingen mee want het melksap zorgt er slechts voor dat de plant minder snel bevriest bij de eerste of laatste nachtvorst. Het werkt dus als een soort anti-vries voor planten. De plant laat het melksap ook stromen wanneer de steel beschadigd raakt. Het melksap bevat esters, die bij mensen dermatitis (een huidontsteking) en pijn veroorzaakt. Er ontstaan zwellingen en blaren, die na verloop van tijd ook nog eens erger worden. Uiteindelijk heb je wonden, die lijken op tweede graadsverbrandingen plus de daarbij horende littekens.

In je ogen wrijven is ook een heel slecht idee omdat het melksap leidt tot een ontsteking van het bindvlies dat de buitenkant van het oogwit en de binnenkant van de oogleden bekleedt. Dat kán leiden tot een gedeeltelijke of zelfs permanente blindheid.

De heksenmelk wordt in Noord-Amerika gezien als een hinderlijke soort omdat hij daar niet thuishoort en zich onbeschaamd aan het uitbreiden is. Dat gaat erg eenvoudig omdat de plant bepaalde gifstoffen in de bodem uitscheidt die andere planten verhinderen om te groeien. De heksenmelk doet dus aan chemische oorlogvoering.