Rode bosbes

De rode bosbes (Vaccinium vitis-idaea) is een kleinblijvend altijdgroen struikje. Men schaart hem onder de heidefamilie (Ericaceae) en de soort (met wat ondersoorten) groeit in de gematigde streken van het hele noordelijk halfrond. De kleine bladeren zijn leerachtig en dat is een handige mathode om ook bij vorst te kunnen overleven. Van de late zomer tot dik in de herfst rijpen de bessen tot prachtig helderrood.
De rode bosbes wordt ook wel vossenbes genoemd en het verhaal gaat dat die naam ontstaan is omdat vossen de bessen zouden eten. Die verklaring kan direct naar het rijk der fabelen verwezen worden want vossen eten die friszure bessen echt niet. In het Engels heet de rode bosbes de cowberry ('koebes'), maar ook koeien lusten hem niet. Het vreemde is dat ook van het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Vaccinium, nog altijd gemeend wordt dat het afkomstig is van het Latijnse woord vacca, dat 'koe' betekent. Veel aannemelijker is dat een sukkel ergens in de geschiedenis de 'b' voor een 'v' heeft aangezien. Baccinium betekent namelijk gewoon 'besdragend' in het Latijn.

De rode bosbes is natuurlijk een direct familielid van de de blauwe bosbes (Vaccinium myrtillus), blauwe bes (Vaccinium corymbosum) en de rijsbes (Vaccinium uliginosum). Verwante soorten zijn de kleine veenbes (Oxycoccus palustris) en de grote veenbes (Oxycoccus macrocarpon). Die laatste kennen we natuurlijk veel beter onder de naam cranberry. Dat hij zich tot deze illustere familie mag rekenen, betekent ook dat er nogal wat gezonde stofje in de rode bosbes zullen schuilen.

De bessen zitten boordevol vitamines, voornamelijk vitamine C, provitamine A en enkele varianten vitamine B (B1, B2 en B3). Daarnaast zitten er nog wat sporenelementen in: kalium, calcium, magnesium en fosfor. Net zoals we al bij de cranberry hebben ontdekt zitten er in de rode bosbes ook hele speciale antioxidanten met de bijkans onuitspreekbare naam van proanthocyaniden. Er wordt gedacht dat dit stofje de specifieke werking heeft om blaasontstekingen tegen te gaan. Dat al die gezondheid in zo'n klein besje past is eigenlijk een groot mirakel.

De wetenschap heeft zich ook al over de rode bosbes ontfermd en het blijkt dat hij nog wel eens gezonder kan zijn dan zelfs de meest hoopvolle gebruiker gedacht had. Zelfs kankercellen blijken duidelijk geremd te worden door de proanthocyaniden. Voorlopig alleen nog maar in een reageerbuisje, maar gezond is de rode bosbes zeker.

De zaden ook nog rijk aan omega-3 vetzuren. Dat betekent dat, als je de keus hebt tussen sap uit een fles of sap uit een bes, je altijd moet kiezen voor puur natuur: de bes.