Behaarde struweelroos

De behaarde struweelroos (Rosa caesia) is in ons land een zeer zeldzame verschijning. Het is een broertje van de meer bekende rimpelroos (of rozenbottel). De behaarde struweelroos komt voornamelijk voor in delen van Zuid-, Midden- en Noord-Europa, maar vrijwel niet in de lage landen van West-Europa. Daar is de biotoop niet geschikt voor deze plant. Zuid-Limburg is de enige plaats van ons land waar vindplaatsen grenzen aan zijn natuurlijk verspreidingsgebied.

Deze struik heeft rechtopstaande takken die tot twee meter hoog kunnen groeien. In de zomermaanden bloeit deze roosachtige met lichtroze tot dieproze bloemen. De deelblaadjes zijn aan de bovenkant zeer losjes kortharig en aan de onderkant op het ganse oppervlak dicht ruwharig tot wollig behaard. De bladeren zijn klierloos en hebben vooral aan de onderkant een blauwgroene kleur. De bladeren hebben brede steunblaadjes. De behaarde struweelroos heeft een gedrongen groei met dicht vertakte jonge stammen die vaak rood zijn aan de zonnekant.
Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Rosa, lijkt eenvoudig maar is het niet. Het woord komt via enkele tussenstappen uit het Grieks, waar Rhodon ook al 'roos' betekende. Taalkundigen geloven dat het woord uiteindelijk terug te voeren is tot een uitgestorven taal (het Proto-Indo-Europees) waar het woord wrdho 'doorn' of 'stekel' heeft betekend. Het tweede deel, caesia, is van Latijnse herkomst, waar caesi, 'blauw-grijs' betekende. Ook het metaal Cesium (atoomnummer 55, symbool Cs) heeft dezelfde taalkundige bron omdat het karakteristieke lijnen heeft in het blauwe deel van het spectrum.

De soort komt voor op kalkrijke, al dan niet stenige bodems en zal vaak worden aangetroffen in bosranden, bergweiden en hagen. Ook oude kalkrijke duinen blijken een geschikte plaats te zijn voor de behaarde struweelroos om zijn wortels in de bodem te laten groeien.

Op Texel zijn enkele waarnemingen van de behaarde struweelroos gedaan als struweelvormende pionier en dat is toch wel een speciale vondst. Aan de overkant van het Marsdiep is de behaarde struweelroos ook aangetroffen in het Noord-Hollands Duinreservaat, een 5300 hectare groot bos- en duingebied tussen Wijk aan Zee en Bergen. Ook op het nabijgelegen Waddeneiland Terschelling heeft men de behaarde struweelroos enkele keren mogen aanschouwen.

Dat de behaarde struweelroos zich zo thuisvoelt op de Waddeneilanden is overigens niet zo verwonderlijk. Waddeneilanden hebben door de specifieke ligging en opbouw vaak speciale microklimaten, die zelfs per duinpan kunnen verschillen. Die microklimaten zorgen er mede voor dat er ook unieke planten kunnen groeien en bloeien die je nergens anders zult aantreffen.